Leerlinggebonden financiering op de basisschool (LGF)
Kinderen die het reguliere onderwijs niet kunnen volgen, kunnen terecht bij het speciaal onderwijs of met leerlinggebonden financiering (rugzakje) op de basisschool. In Nederland zijn er drie soorten speciaal onderwijs. Dit zijn het speciaal basisonderwijs (sbo) of het speciaal onderwijs (so) en later het voortgezet speciaal onderwijs (vso).
Het gaat dan om kinderen met leer- of gedragsproblemen, lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke handicaps, of gedragsstoornissen. Naast speciaal onderwijs bestaat leerlinggebonden financiering (lgf), ook wel de rugzak genoemd. Deze zorgt voor extra ondersteuning van kinderen met een handicap binnen het reguliere onderwijs.
Ouders melden een kind aan voor een indicatie bij het Regionaal Expertisecentrum (REC) in de regio waar het kind woont. De onafhankelijke Commissie voor de Indicatiestelling (CvI) beslist of een kind in aanmerking komt voor (v)so en dus ook voor een rugzakje. Zij doen dit aan de hand van landelijk vastgestelde objectieve criteria. Met een indicatie kunnen ouders zelf kiezen voor een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs of een ‘gewone’ school in de buurt. Kinderen die blind of slechtziend zijn, kunnen direct worden aangemeld bij de school voor visueel gehandicapten.
Heeft een leerling een handicap, ziekte of stoornis die het onderwijs minder ernstig belemmert, dan krijgt het kind geen indicatie voor het (voortgezet) speciaal onderwijs. Voor leerlingen jonger dan 12 jaar is het samenwerkingsverband ‘Weer samen naar school’ (WSNS) van de basisscholen verantwoordelijk. Het doel van WSNS is dat kinderen de nodige zorg en begeleiding zo veel mogelijk op de basisschool krijgen.
Een leerling ouder dan 12 jaar komt eventueel in aanmerking voor leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) of praktijkonderwijs (PRO).
- Jaarbudget:
- Variabel
- Per uitgifte
- Afhankelijk van aanvraag
- Indientermijn:
- Doorlopend
Realiseer jouw ambitie
Realiseer jouw ambitie
Meld je hier aanFinanciering en organisatie rugzakje
Ouders kunnen hun kind met een indicatie van het CvI aanmelden bij een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs. De ouders kunnen ook kiezen voor een leerlinggebonden financiering (rugzakje) als zij de voorkeur geven aan een gewone school in de buurt. Met het rugzakje kan de reguliere school extra middelen krijgen voor het onderwijs aan de leerling.
De inzet van de rugzak
De bedragen in de rugzak worden per handicap vastgesteld. Op die manier kan de school speciale voorzieningen treffen voor ondersteuning en begeleiding van de leerling in het reguliere onderwijs. Een deel van de inhoud van de rugzak moet gebruikt worden voor ambulante begeleiding van de leerling én de school. De ambulante begeleiding komt van een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs. De reguliere school stelt in overleg met de ouders en de ambulant begeleider een handelingsplan op.
Afspraken vastleggen in handelingsplan
Handelingsplannen worden opgesteld voor leerlingen in het (v) so en voor leerlingen met een rugzakje. Deze beschrijven de afspraken over de wijze waarop de leerling onderwijs krijgt. Bij de reguliere school is het mogelijk om de ambulant begeleider bij het opstellen van het handelingsplan te betrekken. De ouders stemmen in met het handelingsplan door het te ondertekenen.
Onderdelen handelingsplan
In het handelingsplan staat in elk geval: - wat de onderwijssituatie van de leerling op dat moment is - welke onderwijsdoelen de school voor de leerling wil bereiken (als de kerndoelen niet haalbaar zijn, worden vervangende doelen in het handelingsplan aangegeven) - welke maatregelen de school neemt om de omschreven doelen te bereiken - hoe de school de vorderingen van de leerling volgt en registreert - welke afspraken ouders en school samen maken. De betrokkenen evalueren het handelingsplan jaarlijks en stellen het, waar nodig, bij.
AWBZ en Onderwijs
De ministeries van OCW en VWS willen dat elk kind - als zijn beperking dat toelaat - onderwijs kan volgen. Voor kinderen met meervoudige en ernstige handicaps en/of psychiatrische en gedragsstoornissen is het mogelijk op school AWBZ-middelen in te zetten voor extra begeleiding. De AWBZ is een volksverzekering tegen ziektekostenrisico’s. Feitelijk gaat het om het inzetten van aanvullende zorg omdat de school niet meer kan voldoen aan de zorgvraag. Dit kan zowel gelden voor regulier als voor speciaal onderwijs. De inzet van AWBZ zorg, meestal een Persoonsgebonden Budget (PGB), is in het onderwijs aan regels gebonden. Op de website van VWS wordt deze regelgeving uitgelegd.
Hulp nodig met je aanvraag?
Alles leuk en aardig horen we je zeggen, maar ik ben geen specialist. Maar wij wel! Kom je er niet aan uit? We helpen je graag op weg via onze uitgebreide kennisbank, ons unieke stappenplan en een on demand webinar.
Contact
Rijnstraat 50
Postbus 16375
2500 BJ Den-Haag
Nederland
Deze informatie bekijken?
Meer dan 4800 subsidies, fondsen, fiscale regelingen en kredieten
Jouw eigen persoonlijke dashboard
Alle actuele en relevante informatie onder één dak